Overhandiging mussennestkastjes aan lijsttrekker PvdD en stadsecoloog Gert de Jong
De huismus; uitsterven of terug in het straatbeeld?
Huismussen leven al eeuwenlang in de omgeving van mensen. Vroeger broedden ze massaal onder de daken van huizen en zochten ze op akkers naar graan. Door verstedelijking is ons land steeds kaler en schoner geworden en gaat het slecht met de huismussenpopulatie. Veel daken zijn door moderne woningbouw ontoegankelijk geworden en graan- en korenvelden hebben plaatsgemaakt voor industrie. In de jaren zeventig waren er nog tussen de 1 en 2 miljoen huismussenpaartjes, nu broeden er tussen de 500.000 en 1 miljoen paartjes in ons land en dit aantal neemt sterk af. Vooral in Amsterdam; hier is de terugloop zelfs 90%. De mus staat daarom op de Rode Lijst van Bedreigde Dieren.
Stichting De Mussen Toevlucht is in het leven geroepen om deze kleine zangvogel te ondersteunen. Daarom doneert zij 24 dubbele nestkasten aan de Partij voor de Dieren, zodat zij kunnen helpen de dalende huismussenpopulatie in Amsterdam een halt toe te roepen. De Partij voor de Dieren lanceerde namelijk eind vorig jaar het voorstel ‘Bouwen aan een bio-diverse stad’, dat ervoor pleit om in de bouw en bij ruimtelijke ingrepen zo goed mogelijk rekening te houden met in het wild levende dieren, zodat bijvoorbeeld vogels zo min mogelijk in gevaar worden gebracht en zodat mussen en vleermuizen voldoende nestgelegenheid krijgen en houden. De nestkasten zijn van duurzaam hout en zelfgemaakt door vrijwilligers van zowel de Stichting als de Partij voor de Dieren.
Johnas van Lammeren, lijsttrekker en gemeenteraadslid van de Partij voor de Dieren Amsterdam en Gert de Jong, bioloog, stadsecoloog en werkzaam bij de vogel – en gierzwaluwwerkgroep Amsterdam, namen vandaag het eerste nestkastje in ontvangst. Dit werd uitgereikt door Jennifer Oden-Hagens, oprichter en voorzitter van Stichting De Mussen Toevlucht. Gert de Jong heeft voor Stadsdeel Centrum een Rapport geschreven waarbij hij, na een jaar observatie, zowel de kolonies als de nesten van huismussen in kaart heeft gebracht. De overige 23 nestkastjes zullen nog deze maand door de stad verspreid worden, zodat ze voor het broedseizoen worden opgehangen en zodat de huismus weer terug in het straatbeeld komt.
Van links naar rechts; Jennifer Hagens, Gert de Jong, Lammert van Raan, Johnas van Lammeren en Friso van Lierop.
Tekst op De PvdD website;
Stichting De Mussen Toevlucht heeft 24 nestkastjes voor mussen gedoneerd aan de Partij voor de Dieren. De stichting zet zich in voor het verbeteren van het leefgebied van de mus in de stad, onder andere door het geven van advies over de inrichting van tuinen en het plaatsen van nestkastjes voor deze kleine zangvogels. De Partij voor de Dieren pleit binnen de Amsterdamse gemeenteraad voor het structureel opnemen van diervriendelijke maatregelen, zoals het inbouwen van vogel- en vleermuiskasten bij bouwprojecten. Stichting de Mussen Toevlucht bedankt de Partij voor de Dieren hiervoor door het doneren van de nestkastjes.
De Stichting heft vervolgens samen met onze Amsterdamse lijsttrekker Johnas van Lammeren een nestkastje uitgereikte aan Gert de Jong. Gert de Jong is stadsecoloog en heeft veel werk verricht voor de Amsterdamse Vogel- en Gierzwaluwwerkgroep. Zo had Gert zowel een adviserende en inventariserende rol bij het behoud van de Gierzwaluw in Amsterdam. Hierdoor zijn er in stadsdeel Centrum vele nestkastjes voor Gierzwaluwen geplaatst. Met de overhandiging van het vogelhuisje hopen Stichting de Mussen Toevlucht en de Partij voor de Dieren dat er net als bij de Gierzwaluw nog actiever wordt ingezet in het verbeteren van het leefgebied voor mussen in Amsterdam.